Molen Heerjansdam

De voetjes drooghouden en brood op de plank

De voetjes drooghouden en brood op de plank, dat was wat de Middeleeuwse mens in pas ontgonnen land nastreefde. Om de voetjes droog te houden, verbeterde hij de waterafvoer door het afdammen van rivierarmen, het leggen van duikers en het bouwen van poldermolens. Voor brood op de plank had hij graan nodig en een korenmolen om er meel van te malen. Later werd de windkracht toegepast voor het maken van andere ambachtelijke producten zoals tras, een bouwgrondstof, hout zagen, olie persen en rijst pellen. Zo ontstonden, naast poldermolens en korenmolens, de industriemolens.

Ooit stonden in de Zwijndrechtse waard tien poldermolens. Ze sloegen het overtollige water uit op de Waal en de Devel. In het spraakgebruik hanteerde men de Waalpolders en de Develpolders. Na de herdijking van de Zwijndrechtse waard in 1332 werden vanaf ongeveer 1400 de poldermolens gebouwd.

De waalpolders
De molen van de polder Heerjansdam stond aan de Molenweg in Heerjansdam voor nummer 62. Het huisje met bakoven, dat er nog staat, is gebouwd in 1871 en diende tot opslag voor de molenaar die met zijn gezin in de molen woonde. De molen van de polder Rijsoord en Strevelshoek stond langs de Waalweg bij nummer 28. Ook daarvan rest een soortgelijk opslaghuisje. De molen van de polder Sandelingen Ambacht stond aan de Waal bij het pand waar nu een hondenkennel is gevestigd. Ze wordt al in 1339 genoemd in een handvest van graaf Willem III. De vierde Waalpolder was Hendrik Ido Ambacht. De ligging van de polder noodzaakte tot bouw van twee molens aan de Hoge kade.
De Develpolders
De molen van de polder Groote en Kleine Lindt stond aan de Lindeweg bij nummer 100. Achter de gesloopte boerderij van Arie van Dam in Kijfhoek stond de molen van de polder Kijfhoek. De molen van de polder Heer Oudelands Ambacht stond in het park tegenover de Molenvliet. De plaats is gemarkeerd met een verhoging, een meer gebezigde naam is de Pieterman. De molen van de polder Zwijndrecht stond aan het oosteinde van de Devel.

Als laatste de zogenoemde bovenmolen aan de Develweg. De plaats is kenbaar aan de hoge bomen bij het HSL-trace.

Om de bereikbaarheid van de stad te verbeteren, damde Dordrecht in 1731 de killen in de Biesbos af. Door het hogere waterpeil bleef zij bereikbaar, maar dat belemmerde de natuurlijke lozing van de Develpolders op de Oude Maas. Daarop besloten ze de Devel op het nauwste punt af te dammen en er, in 1742, een bovenmolen te bouwen. Zo ontstonden de Achterdevel waarop de polders uitmaalden en de Voordevel. De bovenmolen maalde het water van de lagere Achterdevel op naar de hogere Voordevel die met een sluis loosde op de Oude Maas.
Wordt vervolgd met industriemolens en de oudste korenmolen in Heerjansdam.

Kees Brinkman